Wat zijn de indicatoren?
De indicatoren voor dit programma zijn vastgesteld bij de start van deze bestuursperiode (2014). Dit geldt ook voor de nul- en streefwaarden. Uitgangspunt is om indicatoren en nul- en streefwaarden alleen bij de Tussenbalans aan te passen.
De norm voor het EMU-saldo (Europese Economische Monetaire Unie) is vervallen. Het Rijk heeft geen harde eis om per gemeente te voldoen aan een individuele EMU-norm: de norm geldt alleen op landelijk niveau. Het EMU-saldo per gemeente kan sterk per jaar verschillen. Pas als het Centraal Bureau voor Statistiek (CBS) in het voorjaar constateert dat het plafond voor het EMU-tekort van de gezamenlijke gemeenten wordt overschreden, kan aan gemeenten worden “gevraagd” de begroting (en dan vooral het investeringsvolume) in dat jaar bij te stellen. Ook de ratio van het weerstandsvermogen kan fluctueren. De laatste jaren is sprake van een dalend verloop en bij de Kadernota 2018 is de waarde voor het eerst (tijdelijk) onder de streefwaarde uitgekomen.
Kengetal | 0-waarde | Actuele waarde | Streefwaarde (2018) |
---|---|---|---|
Meerjarig sluitende begroting | > € 0 | > € 0 | € 0 |
Ratio weerstandsvermogen | n.v.t. | 1,0 | > 1,0 |
EMU-saldo | n.v.t. | € 13.179.000 (2016) | geen |